Het Boerenkrijgmonument werd in 1898 opgericht naar ontwerp van kunstenaar Aloïs De Beule ter herdenking van 100 jaar Boerenkrijg, een historisch gebeuren dat rond de eeuwwisseling veelvuldig door festiviteiten en plaatsing van gedenktekens in Vlaanderen herdacht werd. De bronzen beeldengroep verbeeldt de 'Triomf van het begin van de strijd' naar analogie van de start van de Boerenkrijg op 12 oktober 1798. Ontworpen in opdracht van de katholieke burgerij is het Boerenkrijgmonument exemplarisch voor de 19de-eeuwse geromantiseerde voorstelling van de opstand van de 'Vlaamse religieuze plattelandsbevolking' tegen de Franse bezetter, kaderend binnen de Vlaamse ontvoogdingsstrijd en het katholiek reveil op het einde van de 19de eeuw in de gelovige landelijke dorpen.
De jaarlijkse herdenkingsevenementen onderstrepen de maatschappelijke betekenis van dit volksverzet in 1798 voor de dorpsgemeenschap van Overmere. De heemkundige kring bewaart de artefacten van de periode van de Boerenkrijg.
In 1930 gaf de gemeenteraad van Berlare de opdracht om een herdenkingsmonument op te richten voor inwoners van de gemeente die omgekomen waren tijdens de Eerste Wereldoorlog en als aandenken aan de 62 Belgische soldaten die aan hun einde gekomen waren tijdens de slag van Berlare van 4 tot 8 oktober 1914. Het werd ontworpen door beeldhouwer Jules Vits. Van 4 tot 7 oktober 1914 werd er zwaar gevochten in Berlare. Dit eindigde op 7 oktober 1914, wanneer de Duitsers er dan in slaagden om ter hoogte van de Konkel een noodbrug over de Schelde te werpen. Dankzij de vertraging die het Belgische leger te Berlare aan het Duitse leger kon afdwingen, kon het overgrote deel van Belgische soldaten te Antwerpen ontkomen. Al bij al was er na afloop relatief weinig schade in Berlare; de meeste huizen bleven bewoonbaar. De menselijke tol was hoger, in totaal sneuvelden er 63 militairen, hun namen staan te lezen op het oorlogsmonument. Ook de namen van de inwoners van Berlare die omkwamen tijdens de Eerste Wereldoorlog, 35 gesneuvelden en 12 gestorven opgeëisten, staan vermeld, alsok de 3 politieke gevangen en 4 gesneuvelden van Berlare die omkwamen tijdens de oorlog 1940-1945.
Het oorlogsmonument aan de kerk te Overmere herdenkt de militaire en de burgerlijke slachtoffers van de Eerste en de Tweede Wereldoorlog.
In figuurlijke zin wordt iets of iemand nog wel eens ’aan de kaak gesteld‘, maar weinigen weten dat het tot het midden van de 19de eeuw geregeld voorkwam dat iemand er ook letterlijk aan moest gaan staan. ’Kaak‘, ’schandpaal‘ en ’pilorijn‘ zijn allemaal namen om het instrument aan te duiden waaraan of waarin iemand bij wijze van straf voor een of meerdere uren werd te kijk of te pronk gezet. Of dit hier ook in Berlare effectief gebruikt werd, staat ter discussie.
Gerestaureerde lantaarnpaal, afkomstig van de gebombardeerde (WO1) brug. Als eerbetoon opgesteld op de plaats waar de oude brug Berlare-Schoonaarde lag, niet ver van het oud brughuis.
In de Blauwhofdreef, bij het binnenrijden van de dorpskern van Berlare, staat een levensgroot bronzen beeld van beeldhouwer Paul Van Gysegem, geboren in Berlare. Het beeldhouwwerk toont Ikaros, de bekende jongeling uit de Griekse mythologie die probeerde te vliegen, maar in zijn overmoed ten val kwam.
Het bedevaartoord bij de Donkkapel ligt op de Kapelleberg die als cultusplaats van Onze-Lieve-Vrouw minstens opklimt tot de 14de eeuw. Sinds de toewijding van de bedevaartkapel in 1652 aan Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën ontstond hier een ommegang met zeven houten kapelletjes. In 1935 werd een monumentale calvarieberg met beeldhouwwerk van de kunstenaar Aloïs De Beule opgericht. In 1937 werd het geheel uitgebreid met een geboortegrot waarvan de beelden afkomstig zijn uit het atelier van dezelfde kunstenaar. Er is ook een altaar aanwezig gemaakt door beeldhouwer Vic Temmerman.
Copyright foto's: Bert Van der Linden