De oorlog van ’14-’18 leeft voort in het collectieve geheugen. ‘Poor little Berlare’ speelde een belangrijke rol door de moedige weerstand van soldaten en burgers. Ter gelegenheid van 100 jaar Groote Oorlog werkte de cultuurdienst van Berlare, samen met de heemkundigen van de gemeente, een historische fietsroute doorheen de Donkgemeenten uit. 30 infoborden werden geplaatst op locaties die tijdens de Eerste Wereldoorlog belangrijk zijn geweest.
De brochure kan je hier downloaden en is ook gratis beschikbaar in het toeristisch infokantoor Onthaalpoort Donkmeer, tevens het vertrekpunt.
In de vroege morgen laat een wachtmeester van het eerste Lansiers zich van de dijk, ter hoogte van de brug van Schoonaarde, in de rietkraag langs de stroom glijden en merkt dat aan de Schoonaardse oever alle huizen, zelfs de duivenhokken in de daken als schietposten zijn ingericht. Een Duitse officier komt poolshoogte nemen van de Belgische posities. Hij duwt het riet opzij en staat trots rechtop. De lansier lost een karabijnschot en de Duitser valt in het water, maar onmiddellijk volgt Duits geweervuur op het Belgische eskadron op de Scheldedijk.
Het is het begin van een vijfdaags gevecht dat in Berlare plaatsvindt en waar een zeventigtal manschappen van de Belgische troepen en een veertigtal Berlarenaren het leven laten voor hun vaderland. ‘Poor little Berlare’ speelde een belangrijke rol door de moedige weerstand van soldaten en burgers.
De heemkundige kringen van Groot-Berlare sloegen de handen in elkaar om die geschiedenis te herdenken met tekst en beelden. Ze stippelden een route van veertig kilometer uit door de deelgemeenten van Berlare.
Op zondag 5 oktober 2014 om 14 uur werd de route officieel ingereden waarbij delegaties van het 12e en 13e Linieregiment defensie uit Spa aanwezig waren. Het waren die regimenten die honderd jaar geleden Berlare verdedigden tegen de Duitse overmacht. Berlare ontving ook al het erediploma ‘Stad of gemeente, slachtoffer van oorlogsfeiten 1914-1918’ van minister van Landsverdediging Pieter De Crem als blijk van erkentelijkheid voor het lijden van de bevolking tijdens WOI